Is er sprake van een disharmonisch profiel?

Een disharmonisch profiel kan worden gevonden binnen de cognitieve ontwikkeling maar ook tussen de cognitieve ontwikkeling in samenhang met de sociaal-emotionele ontwikkeling.

De cognitieve ontwikkeling wordt gemeten met een intelligentietest. Deze meet een totaal IQ (TIQ). Dit is verdeeld over een verbaal deel (VIQ), gericht op verbale kennis en vaardigheden, en een performaal deel (PIQ), gericht op handelingsgericht denken. Er kunnen significante verschillen bestaan tussen het VIQ en het PIQ en dan wordt gesproken over een disharmonisch intelligentie profiel.

Bij mensen met een verstandelijke beperking is de verbale vaardigheid nogal eens sterker dan de performale vaardigheid. Het beeld van de persoon wordt dan vooral bepaald door een presentatie met veel taalgebruik, terwijl er sprake is van een verminderd taalbegrip en een verminderd vermogen om te handelen. Door alleen af te stemmen op het VIQ is het risico op overvraging groot.

Bij mensen met een pervasieve ontwikkelingsproblematiek zien we ook wel het tegenovergestelde. Dan kan er sprake zijn van onderstimulering. Hierbij speelt de eenduidigheid, of letterlijkheid van de taal een grote rol.

Intelligentie dient in samenhang te worden gezien met de ontwikkeling van de hele persoon. Dat betekent dat we rekening moeten houden met de verschillen tussen de leeftijd en de cognitieve ontwikkeling, maar ook met verschillen tussen de leeftijd en de sociaal-emotionele ontwikkeling. De cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling verlopen bij mensen met een verstandelijke beperking vaak niet parallel. Vaak blijft de laatste achter bij de eerste.

Het aangaan en opbouwen van een relatie verloopt van meet af aan anders in het leven van mensen met een verstandelijke beperking. Zo is de cliënt in het begin van zijn leven sociaal-emotioneel gezien extra kwetsbaar. Dat de sociaal-emotionele ontwikkeling achterblijft bij de intellectuele ontwikkeling is nog tot daar aan toe. Het wordt pas echt een probleem als dit in hoge mate zo blijft. Neem als voorbeeld een persoon met een ontwikkelingsleeftijd van 10 jaar (LVG) en een sociaal-emotionele ontwikkeling van rond de 3 of 4 jaar. Dit verschil tussen beide ontwikkelingsdomeinen heet een disharmonisch ontwikkelingsprofiel en kan leiden tot psychische disbalans. Men kan afgaan op het cognitieve niveau (wat de cliënt kan) zonder rekening te houden met het sociaal-emotionele niveau (wat de cliënt aankan). Dit kan leiden tot onterechte kwalificaties van de cliënt zoals gebrek aan motivatie of het niet willen/kunnen uitvoeren van opdrachten. Ook hier is het risico op overvragen dus sterk aanwezig.

Deze disbalans en het overvragen kunnen de gevoeligheid van mensen met een verstandelijke beperking verklaren voor het ontwikkelen van psychische en gedragsproblemen.