Bloeddruk, Hoge bloeddruk, Lage bloeddruk

Wat is hoge bloeddruk en lage bloeddruk?

Het hart pompt bloed in de bloedvaten door zich bij elke hartslag samen te trekken en dan weer te ontspannen. Dit geeft een bepaalde druk in de bloedvaten, de bloeddruk. De bloeddruk wordt gemeten met een bloeddrukmeter en wordt uitgedrukt in twee getallen. Het eerste getal is de bovendruk: de druk in de bloedvaten wanneer het hart zich samentrekt. Het tweede getal is de onderdruk: de druk wanneer het hart zich ontspant.


We spreken van hoge bloeddruk (hypertensie) als de bovendruk 140 of hoger is, of als de onderdruk 90 of hoger is. Van lage bloeddruk (hypotensie) is sprake als de bloeddruk lager is dan ongeveer 90/60.


In de meeste gevallen (95%) blijft de oorzaak van hoge bloeddruk onbekend. De volgende risicofactoren zijn bekend: nieraandoening, alcoholgebruik, eten van drop, overmatig zoutgebruik, roken, overgewicht, weinig lichaamsbeweging. De meest voorkomende oorzaken van lage bloeddruk zijn uitdroging, een allergische reactie, infectie, flauwvallen (vasovagale collaps), bloedverlies, een hartinfarct of hartritmestoornis, alcohol en bepaalde medicijnen. Lage bloeddruk kan ook voorkomen zonder dat er een reden voor gevonden kan worden.

 

Welke klachten geven een hoge bloeddruk en een lage bloeddruk?

Hoge bloeddruk geeft zelden klachten.


Mensen met een lage bloeddruk kunnen last hebben van 'orthostatische hypotensie', ofwel het optreden van lage bloeddruk bij houdingsverandering zoals bij opstaan. Bij een lage bloeddruk is er sprake van een ontoereikende bloedtoevoer naar verscheidene organen. De hersenen hebben hier het meest van te lijden, omdat die het meeste bloed nodig hebben. Dit tijdelijke tekort aan bloed in de hersenen uit zich in een licht gevoel in het hoofd (zie ook bij 'duizeligheid'), flauwvallen of bewusteloosheid.


Voor mensen met een verstandelijke beperking is het soms niet mogelijk om genoemde klachten kenbaar te maken. Het kan zijn dat de omgeving dan alleen een gedragsverandering opmerkt.

 

Hoe vaak komen een hoge bloeddruk en een lage bloeddruk voor in de algemene bevolking?

In de leeftijd van 30 tot 59 jaar heeft 20,1% van de Nederlanders een hoge bloeddruk. 233


De prevalentie neemt toe met de leeftijd. Bij ouderen van 50 tot 70 jaar heeft 49,4% een hoge bloeddruk.  529


Slechts 0,15% van de huisartsenbezoeken per jaar gaat over klachten door een (orthostatische) lage bloeddruk. 234

 

Hoe vaak komen een hoge bloeddruk en een lage bloeddruk voor bij mensen met een verstandelijke beperking?

Bij Nederlandse volwassenen met een verstandelijke beperking is een prevalentie van hypertensie van 17,4% gevonden, wat vergelijkbaar is met de algemene populatie.  236


Bij ouderen tussen de 50 en 70 jaar komt een hoge bloeddruk precies even vaak voor als in de algemene populatie (49,3%). Bij de gehele groep ouderen met een verstandelijke beperking is de prevalentie 53,0%, blijkt uit de Nederlandse GOUD-studie. 530


Binnen de populatie mensen met een verstandelijke beperking komt een hoge bloeddruk vaker voor bij mensen met een hogere leeftijd, mensen met obesitas, mensen met een lichtere verstandelijke beperking en mensen die zelfstandig boodschappen kunnen doen. Mensen met het syndroom van Down hebben minder vaak een hoge bloeddruk. 530


Een hoge bloeddruk komt vaker voor bij het williamssyndroom, het bardet-biedlsyndroom, het turnersyndroom en het prader-willisyndroom (secundair aan het overgewicht). 236


Over het voorkomen van lage bloeddruk bij mensen met een verstandelijke beperking zijn geen gegevens gevonden. Wel is bekend dat mensen met het syndroom van Down vaker een lage bloeddruk hebben  239  en dat een lage bloeddruk kan voorkomen als bijwerking bij bepaalde gedragsbeïnvloedende medicatie.

0,28% Algemene bevolking (hoge bloeddruk)
17,40% Mensen met een verstandelijke beperking (hoge bloeddruk)

161

161

Schelleman H, Klungel OH, Kromhout D, de Boer A, Stricker BHCh, Verschuren WMM. Prevalence and determinants of undertreatment of hypertension in the Netherlands J Hum Hypertens 18: 317-324

Schelleman H, Klungel OH, Kromhout D, de Boer A, Stricker BHCh, Verschuren WMM. Prevalence and determinants of undertreatment of hypertension in the Netherlands J Hum Hypertens 18: 317-324

499

499

RIVM. (2011). Nederland de maat genomen RIVM rapport 260152001/2011. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. www.rivm.nl/nldemaat

RIVM. (2011). Nederland de maat genomen RIVM rapport 260152001/2011. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. www.rivm.nl/nldemaat

162

162

Linden van der MW, Wester GP, de Bakker DH, Schellevis FG. Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk: klachten en aandoeningen in de bevolking en in de huisartspraktijk. Utrecht/Bilthoven: NIVEL/RIVM 2004.

Linden van der MW, Wester GP, de Bakker DH, Schellevis FG. Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk: klachten en aandoeningen in de bevolking en in de huisartspraktijk. Utrecht/Bilthoven: NIVEL/RIVM 2004.

164

164

Louw van de J, Vorstenbosch R, Vinck L, Penning C, Evenhuis H. Prevalence of hypertension in adults with intellectual disability in the Netherlands. J Intellect Disabil Res. 2009 Jan;53(1):78-84.

Louw van de J, Vorstenbosch R, Vinck L, Penning C, Evenhuis H. Prevalence of hypertension in adults with intellectual disability in the Netherlands. J Intellect Disabil Res. 2009 Jan;53(1):78-84.

500

500

De Winter CF, Bastiaanse LP, Hilgenkamp TI, Evenhuis HM, Echteld MA. Cardiovascular risk factors (diabetes, hypertension, hypercholesterolemia and metabolic syndrome) in older people with intellectual disability: results of the HA-ID study. Res Dev Disabil. 2012 Nov-Dec;33(6):1722-31

De Winter CF, Bastiaanse LP, Hilgenkamp TI, Evenhuis HM, Echteld MA. Cardiovascular risk factors (diabetes, hypertension, hypercholesterolemia and metabolic syndrome) in older people with intellectual disability: results of the HA-ID study. Res Dev Disabil. 2012 Nov-Dec;33(6):1722-31

500

500

De Winter CF, Bastiaanse LP, Hilgenkamp TI, Evenhuis HM, Echteld MA. Cardiovascular risk factors (diabetes, hypertension, hypercholesterolemia and metabolic syndrome) in older people with intellectual disability: results of the HA-ID study. Res Dev Disabil. 2012 Nov-Dec;33(6):1722-31

De Winter CF, Bastiaanse LP, Hilgenkamp TI, Evenhuis HM, Echteld MA. Cardiovascular risk factors (diabetes, hypertension, hypercholesterolemia and metabolic syndrome) in older people with intellectual disability: results of the HA-ID study. Res Dev Disabil. 2012 Nov-Dec;33(6):1722-31

164

164

Louw van de J, Vorstenbosch R, Vinck L, Penning C, Evenhuis H. Prevalence of hypertension in adults with intellectual disability in the Netherlands. J Intellect Disabil Res. 2009 Jan;53(1):78-84.

Louw van de J, Vorstenbosch R, Vinck L, Penning C, Evenhuis H. Prevalence of hypertension in adults with intellectual disability in the Netherlands. J Intellect Disabil Res. 2009 Jan;53(1):78-84.

167

167

Morrison RA, McGrath A, Davidson G, Brown JJ, Murray GD, Lever AF. Low blood pressure in Down’s syndrome, A link with Alzheimer’s disease? Hypertension. 1996 Oct;28(4):569-75.

Morrison RA, McGrath A, Davidson G, Brown JJ, Murray GD, Lever AF. Low blood pressure in Down’s syndrome, A link with Alzheimer’s disease? Hypertension. 1996 Oct;28(4):569-75.